Het overbieden van de vraagprijs bij de verkoop van eigen woningen komt bij 55,56 procent van de transacties voor. Dit blijkt uit recente verkoopcijfers van de eerste maanden van dit jaar en is uitgezocht door de data-analisten van vastgoeddatabedrijf Matrixian.

Overbiedingsbedragen nemen toe

Het overbieden op de vraagprijs was aan de orde van de dag tot en met het eerste kwartaal van 2022, zo blikken de data-analisten terug. Daarna, van het tweede kwartaal van 2022 tot en met het tweede kwartaal van 2023 werd er steeds minder vaak en minder veel overboden. Sinds het afgelopen kwartaal is volgens de analisten echter te zien dat niet alleen bij meer dan de helft van de transacties wordt overboden (55,6%) maar dat ook het percentage waarmee wordt overboden weer toeneemt. Op dit moment ligt de hoogte van de overbiedingen op 2 procent van de vraagprijs, aldus de analisten.

Woningtekort en loonstijgingen

De analisten verklaren het overbieden doordat in Nederland al langere tijd een kwalitatief woningtekort is. Naast dat er worden nauwelijks nieuwe wooneenheden worden gebouwd, is de rente gestabiliseerd en zijn de lonen gestegen. Vooral de loonstijgingen zouden ervoor zorgen dat het aantal overbiedingen in Nederland weer oploopt en ook de gemiddelde overbiedingsbedragen toenemen.

Tot slot hebben de analisten de hoogste percentages overbiedingen en onderbiedingen per gemeente uitgezocht:

De hoogte percentages overbiedingen

1. Opmeer: +13%
2. Nieuwegein: +8%
3. IJsselstein: +8%
4. Utrecht: +8%
5. Diemen: +7%

De hoogste percentages onderbiedingen

1. Ameland: -11%
2. Sluis: -7%
3. Laren: -3%
4. Achtkarspelen: -3%
5. Rozendaal: -3%

Bron: Matrixian