Wetsvoorstel Pensioencommunicatie naar Tweede Kamer

Het motto van het wetsvoorstel luidt: Het kan duidelijker, korter en overzichtelijker. Maar het moet volgens de toelichting mensen ook een niet te rooskleurig beeld geven.

Wat er moet veranderen

Belangrijke verplichte informatie-uitingen, zoals het uniform pensioenoverzicht (UPO) en de startbrief zijn voor een aanzienlijk deel van de deelnemers onvoldoende begrijpelijk. De gebruikte terminologie en het taalgebruik zijn te lastig en de hoeveelheid informatie die wordt verstrekt is te omvangrijk.

De huidige wettelijk verplichte informatie geeft bovendien een te rooskleurig beeld over de hoogte van het pensioen, geeft geen inzicht in risico’s en kan daardoor mensen op het verkeerde been zetten. Daarnaast heeft de pensioensector te maken met een gedaald vertrouwen onder de deelnemers. Nu met het voorstel over de herziening van het financieel toetsingskader schokken als gevolg van een stijgende levensverwachting of als gevolg van ontwikkelingen op de financiële markten op een andere wijze zullen worden, is het des te meer noodzakelijk om duidelijk en eerlijk te communiceren naar deelnemers.

Wat het doel moet zijn

Het doel van pensioencommunicatie is dat de pensioendeelnemer weet hoeveel pensioen hij kan verwachten, kan nagaan of dat voldoende is en zich bewust is van de risico’s van de pensioenvoorziening. Daarnaast moet pensioencommunicatie de deelnemer laten zien welke keuzemogelijkheden hij heeft. Het bieden van handelingsperspectief is een essentieel element bij het bereiken van de pensioendeelnemer. De deelnemer neemt informatie eerder op als hij weet wat hij ermee kan doen.

De nieuwe wetgeving op het terrein van pensioencommunicatie stelt het perspectief van de deelnemer centraal. Het is wenselijk dat meer dan nu het geval is, aangesloten wordt bij de informatiebehoeften en de kenmerken van de deelnemer. Alleen zo wordt de kans groter dat de informatie hem daadwerkelijk bereikt.

Dit wetsvoorstel strekt ertoe de eisen die gesteld worden aan pensioenuitvoerders ten aanzien van de communicatie met (gewezen) deelnemers, (gewezen) partners en pensioengerechtigden (hierna: deelnemers), zodanig aan te passen, dat pensioenuitvoerders met deze communicatie aansluiten bij de behoeften van de deelnemer en bevorderen dat de hierboven genoemde communicatiedoelen worden bereikt.

De weg naar het doel

De huidige pensioenwetgeving kent de open normen tijdig, duidelijk en begrijpelijk. Tegelijkertijd bevatten sommige wettelijke bepalingen behoorlijk gedetailleerde voorschriften, waardoor er te weinig ruimte is voor maatwerk. De nieuwe pensioenwetgeving bevat de overkoepelende normen tijdig, duidelijk, correct en evenwichtig. Ook het aansluiten op de behoeften en kenmerken van de deelnemer en het bevorderen van inzicht in de keuzemogelijkheden van een pensioenregeling en in de gevolgen van belangrijke levensgebeurtenissen zijn als open normen in de nieuwe pensioenwetgeving opgenomen.

Meer ruimte voor digitale informatieverstrekking: pensioenuitvoerders mogen zelf kiezen of zij informatie digitaal of schriftelijk verstrekken. Deelnemers kunnen wel bezwaar maken tegen elektronische verstrekking en het moet mogelijk blijven om informatie schriftelijk te verstrekken aan degenen die dat liever willen.

De huidige bepalingen over informatieverstrekking bij indiensttreding zijn behoorlijk gedetailleerd en benoemen vooral veel verplichte elementen. Op grond van het onderhavige wetsvoorstel is de basisinformatie niet alleen bedoeld voor het begin van de deelneming, maar zal altijd beschikbaar zijn via de openbare website van de pensioenuitvoerder. Vergelijkbare informatie kan werknemers ondersteunen bij de keuze en onderhandelingen voor een nieuwe baan en bij de keuze voor waardeoverdracht.

De nieuwe pensioenwetgeving ziet het uniform pensioenoverzicht (UPO) als een jaarlijkse verantwoording van de pensioenopbouw. Het UPO wordt daarmee een stuk beperkter. Er wordt niet meer vooruit gekeken naar een te bereiken pensioen. Het nieuwe UPO kijkt naar het verleden door alleen in te gaan op het al opgebouwde pensioen. Ook de waardeaangroei in het afgelopen jaar en in het verleden toegepaste verlagingen en indexaties komen aan de orde. Via het pensioenregister krijgen deelnemers een indicatie van het (totaal) te verwachten pensioen met de bijbehorende koopkracht, risico’s en handelingsperspectief.

De deelnemer moet op eenvoudige wijze kennis kunnen nemen van zijn pensioensituatie. Door het pensioenregister uit te breiden met nieuwe functionaliteiten biedt het de deelnemer de mogelijkheid om zelf informatie naar zich toe te halen over hoeveel pensioen hij krijgt, of dat voldoende is en welke actie mogelijk of nodig is. Om de uitbreiding van het pensioenregister mogelijk te maken wordt de doelomschrijving van het pensioenregister aangepast.

Algemene risico’s zijn voor een deelnemer moeilijk te begrijpen, omdat verreweg de meeste deelnemers onrealistisch optimistisch lijken te zijn en niet van onzekerheid houden. Daarom moeten pensioenrisico’s persoonlijk worden gemaakt. Scenario’s van het te bereiken pensioen kunnen helpen om de risico’s inzichtelijk en persoonlijk relevant te maken. Via drie bedragen, gebaseerd op een optimistisch, verwacht en pessimistisch scenario krijgen deelnemers op het uitgebreide pensioenregister inzicht in de koopkracht en risico’s van hun toekomstig pensioeninkomen. Deze bedragen zijn netto afgeronde bedragen die indicatief zijn. Een uniforme rekenmethodiek om tot deze scenario’s te komen wordt vastgelegd in lagere regelgeving. Het geven van informatie over de toeslagverlening met behulp van het toeslagenlabel en de toeslagenmatrix is vervallen.

(bron: Memorie van Toelichting)

Het wetsontwerp is ter behandeling gestuurd naar de Tweede Kamer.

GEEN REACTIES